Eerste blad Vorig blad | Blad 9 van 19 bladen | Volgend blad Laatste blad |
1. | Lijsbeth Marcelis WAECKEREN (zie 513). |
2. | Elias. |
3. | Maria Marcelis. |
4. | Heijltje Marcelis WAECKEREN. Huwt Geurt Bolderman. |
1. | Beerent Egberts van den BOSCH (zie 516). |
2. | Jan Egberts. |
1. | Peter Petersz (zie 518). |
1. | Errisje Jacobs (zie 519). |
1. | Claas Pauwelsen (zie 520). |
2. | Margrieta, geboren circa 1673 te Veenendaal. Gehuwd voor de kerk voor 1707 met N.n. BRINCKHUIJSEN, dominus, overleden voor 1707. |
3. | Gerrit, overleden voor 1737, na 1722, * Octrooij Hove van Utrecht d.d. 11-02-1733. * u139a19-55, d.d. 23-06-1733, testament, not. J. van den Doorsleg, Utrecht. 1e partij: Gerrit van der Poel x Nenna Willems, Veenendael, aende Stichtse sijde. 2e partij: Agneta van der Poel, gehuwd met Jan van Broekhuijsen; Paulus van der Poel; Willem van der Poel; Elisabet van der Poel; Cicilia van der Poel. Betreft: huijs en erve, in 2 wooningen geapproprieert voorkeur voor Elisabet van der Poel en Cecillia van der Poel. Gerecht onroerend goed: Veenendael, aen de Stichtse sijde. Bijz.: lijftocht langstlevende. Waarde f. 1200,-. Gehuwd voor de kerk op 22-02-1685 te Veenendaal met Nennetien WILLEMS, overleden na 1737, * 2198-141, no. 19, notaris Elias Verschuijr, d.d. 02-09-1737 Veenendaal. Nena Willems weduwe van Garrit van der Poel, is moeder en enige erfgenaem van Paulus van der Poel (+) gehuwd met Willemina de Beijer. Dochter van Willem JANSZ en Agnietje CORNELIS. |
4. | Marja, geboren voor 1707. |
5. | Anna. |
6. | Pauwlus. |
1. | Catrijn, gedoopt (ned.ger.) op 29-12-1670 te Veenendaal, check nog een datum: 29-12-1678. |
2. | Sophia (zie 521). |
3. | Nicolaus, gedoopt (ned.ger.) op 23-02-1672 te Veenendaal, overleden voor 1687 te Veenendaal. |
4. | Grietien (Margaretha), gedoopt (ned.ger.) op 11-09-1681 te Veenendaal. Gehuwd voor de kerk voor 1704 met Joost Jansen van HORN, overleden voor 1731. |
5. | Govert, geboren in 1684, overleden voor 1704. |
6. | Maria, gedoopt (ned.ger.) op 30-01-1687 te Veenendaal, * onmondig in 1704 [2193-18]. Relatie met Gerrit Jansen VEENVLIET. |
7. | Gerrit, geboren in 1688 te Veenendaal, onmondig in 1704 [zie 2193-18]. |
8. | Nicolaus, gedoopt (ned.ger.) op 16-06-1689 te Veenendaal, check nog een datum: 23-02-1676 St. Veenendaal, * in 1704 onmondig [zie 2193-18]. |
9. | N.N. Begraven op 25-10-1678 te Veenendaal, * Bron: luid- en begraafgelden 1574-1810: 1678-1679 (VA-K 59): Specificatie van 't gene Steven Jansz koster in Venendael 't sedert den reeckendach 1678 tot den reeckendach 1679 incluys heeft ontfangen voor de gerechticheyt van de kerck. : - 25 dito is begraven een kind van Govert Gerritsz comt f. 0-4-0. * welk kind dit is, is niet met zekerheid vast te stellen. |
1. | Annigje. Relatie met Gerrit METMAN, geboren te Amsterdam, overleden na 1704, * 2191-22 zie Bastiaan Metman. * 2195-144, notaris Elias Verschuijr, d.d. 04-11-1711. Lijftochten elkaar, benoemen momboiren, kinderen krijgen bij huwelijk 500 gulden uit de boedel, etc. * 2190-77, d.d. 26-02-1699, Veenendaal. Dat Gerrit Metman boven de tweehondert guldens, sulcx sijne broeders Bastiaen ende Hendrick Metman, wegens haerde toegedeijlde loten 't samen aen hem gelijck vooren geseght, moet uijt keren ende voldoen, nog in eijgendom sal hebben ende behouden, een seecker huijske met een boomgaertje daer aen behoorende neffens drie parceeltjens bouwlant, en eenigh heijvelt, mitsgaders eenich weij en baggerlandt, soo ende gelijck t selve bj Wouter Gerrits jegenwoordich in huijren wert bewoont ende gebruijckt, staende ende gelegen alhier in Venendael aende Stichtse zijde in het Watermolense velt, groot ontrent seven mergen, en zijnde voor een gedeelte erffpachtplichtich aen de Domainen 's lants van Utrecht, die daer uijt jaerlijcx, op martinij in de winter elff gulden negen stuijvers, vier penningen competeert. Item noch ongeveerlijck vier de halve mergen lants, genaemt 'Suijckerweijde', alsmede gelegen in Venendael aen de Stichtse zijde, daer oostwaerts Aelbert Suckel cum suis, westwaerts Dirck Aerts van Essen, zuijtwaerts de kinderen van Aelbert Egberts ende noortwaerts de gemene Veengrift ront, somme naestgelegen sijn. Item ontrent seven hondt bouwlandt gelegen onder 't Schependom van Wageningen in de Rude Ende daer beneffens noch, in aensien van de minder waerdije van dit loth, op aenstaende Geertrudis deses jaers uijt den gemenen boedel in gereeden gelden genieten en ontfangen de somme van een honder en vijftich gulden. [26-02-1699, 2190-77], zoon van Gerrit Bastiaans METMAN (zie 2090) en Elisabeth Janse TIMMER (zie 2091). |
2. | Cornelis (zie 522). |
3. | Arent, overleden voor 1730. |
4. | Gerrichje. |
5. | Gerrit, oudste zoon. Relatie met Libara de GROOT, overleden voor 1730. |
6. | Lijsbeth, overleden voor 1713. Relatie met Abraham van HENGELAER, borger te Utrecht, grutter, geboren te Amsterdam? Overleden voor 1763 te Utrecht, * mogelijk doopsgezind, eventueel hertrouwt met Van Heuven?? |
7. | Margaretha. Gehuwd voor de kerk op 19-03-1713 te Veenendaal met Reijnier van MAARSEVEEN, * U270a17-98 nog uitwerken. |
8. | N.N. Begraven op 04-09-1690 te Veenendaal, * Bron: Luid- en begraafgelden 1574-1810: 1689-1690 (VA-K 59): is begraven een kint van Hendrick van Broeckhuijsen op het kerckhoff bij avont en daervoor ontfangen f. 0-18-12. * niet duidelijk welk kind dit is. |
1. | Maijchien, gedoopt (ned.ger.) op 21-04-1674 te Gld. Veenendaal, overleden na 1731. Gehuwd voor de kerk op 21-01-1639 te Rhenen (gerecht) met Cornelis van SNOECKEVELT, timmerman, gedoopt op 22-09-1678 te Veenendaal, overleden voor 1731, * 2189-130, notaris Christoffel Boumeister, d.d. 09-02-1685. Cornelis Snoeckevelt jegens Jasper de moff, gedaechde ende gearresteerde op sijn schip, etc. |
2. | Johanna (zie 523). |
3. | Hilletien, gedoopt (ned.ger.) op 29-01-1682 te Veenendaal, begraven op 08-02-1682 te Veenendaal, 10 dagen oud, * Bron: Luid- en begraafgelden 1574-1810: 1681-1682 (VA-K 59); November [1681] rekene[n]ge van dee doden dye in dee kerck beegraven sijn. : - Februarrus den 8 dyto is beegraven een kynt van Anto Stip f. 0-4-0. |
4. | Sander, gedoopt 05-1683 te Veenendaal, overleden voor 1731. Relatie (1) met Cornelia van SNOECKEVELT, overleden voor 1731. Relatie (2) met Garrigje van HEMMEN, overleden na 1731. |
5. | Hillegonda, gedoopt (ned.ger.) op 20-09-1685 te Veenendaal, overleden na 1731. |
6. | Antonia, gedoopt (ned.ger.) op 23-01-1687 te Veenendaal, overleden op 20-11-1716 te Veenendaal op 29-jarige leeftijd, * Garrit Verburg, ligt op zijn doodsbed d.d.29-11-1738 * Kinderen gevonden in 2199-90, no. 25, pag. 90. d.d. 24-11-1742 Veenendaal. Zij machtigen hun broer Jacob om 'in te beuren' en te betalen wat nog open staat m.b.t. de boedel van hun ouders. Gehuwd voor de kerk (1) circa 1712 met Jan van HOLTEN. Gehuwd voor de kerk (2) circa 1725 met Garrit VERBURG, overleden op 29-11-1738 te Veenendaal, dat is de dag dat hij op zijn doodsbed lag. * 2198-145, no. 23, d.d. 05-10-1737 Veenendaal. Betreft het benoemen van momboirs en voogden over de 4 onmundige kinderen. De oudste zoon is Anthoni. Hun moederlijk versterf behelst: 35 morgen en 175 roeden veenland en enige andere percelen in Veenendaal (ook in het Gelderse). * 2198-191, no. 32, d.d. 15-11-1738 Veenendaal. Voogdbenoeming over de vier onmundige nagelatene kinderen, nl. Anthoni, Garrit, Jacob en Teuntje Verburg * 2198-194, no. 35, d.d. 29-11-1738 Veenendaal. Voogdijbenoeming over de onmundige en nagelaten kinderen van Garrit Verburg en Anthonia Stip. Garrit Verburg ligt dan op zijn doodsbed. * 2199-90, no. 25, d.d. 24-11-1742 Veenendaal. Kinderen zijn de enige en universele erfgenamen, en krijgen toestemming de boedel van hun ouders, te quiteren en liquideren, in te beuren, te ontvangen etc. |
1. | Cornelis Gerritsz, eigenaar van een kaagschuit (Schiedam), * Legger der morgentalen door Gen.Hist.Ver. Oud Veenendaal. 1722. Domeinen Veenen. 104. - Cornelis Gerritsz van Schoonoven, 22 en een halve margen. - Dese 22 en een halve margen verboeckt en overgeseth op het onmondigh nagelatene kint van Hendrick Jansen Smith, die hetselve bij coopcedulle van den ..... was aengekomen en sulx ten versoeke en presentie van Garrit Verburg als gemachtigde van Adam Kempe, administrerende voogd over selve, gedaen den 13-10-1737. |
2. | Hendrik Gerritsen (zie 524). |
1. | Cornelis, gedoopt (ned.ger.) op 02-04-1675 te St. Veenendaal. |
2. | Aeltje Jans van BRUREN (zie 525). |
3. | Geertien, gedoopt (ned.ger.) op 11-01-1680 te Veenendaal. |
4. | Annetien, gedoopt (ned.ger.) op 11-10-1682 te Veenendaal. |
5. | Gerretien, gedoopt (ned.ger.) op 26-04-1685 te Veenendaal. |
6. | Elijsabeth, gedoopt (ned.ger.) op 19-02-1688 te Veenendaal. |
7. | Jannichien, gedoopt (ned.ger.) op 28-08-1692 te Veenendaal (getuige(n): vader is overleden). |
1. | Hendrik Sijmensen (zie 526). |
2. | Evertien, gedoopt op 06-11-1675 te St. Veenendaal, * Evertje Verhoef j.d. huwt d.d. 10-03-1717 te Veenendaal met Steven Dirksz Boomans, j.m. ; huwt als weduwe van Steven Boumas d.d. 05-04-1722 te Veenendaal met Evert Cornelisz j.m. Beiden van Veenendaal. |
3. | Marij, gedoopt op 09-02-1679 te Veenendaal. |
4. | Wouter, gedoopt op 19-12-1680 te Gld. Veenendaal. |
5. | Jannetien, gedoopt op 17-01-1686 te Veenendaal. |
6. | Abraham, gedoopt op 08-01-1688 te Gld. Veenendaal, overleden voor 1693 te Veenendaal. |
7. | Gerretien, gedoopt op 09-06-1689 te St. Veenendaal, overleden voor 1691 te Veenendaal. |
8. | Gerretien, gedoopt op 07-06-1691 te St. Veenendaal, * ? Geertjen Verhoef, j.d. huwt d.d. 23-03-1710 te Veenendaal met Lambert van Leeuwen, j.m. |
9. | Abraham, gedoopt op 18-05-1693 te Veenendaal, * huwt d.d. 20-05-1714 te Veenendaal met Lijsbeth van Ek. |
10. | Teunis, gedoopt op 13-05-1695 te Veenendaal. |
11. | Olef, gedoopt op 21-08-1697 te Veenendaal. |
12. | Gerrit Sijmens, gedoopt op 04-05-1701 te Veenendaal. |
1. | Catharina TUEREN, * huwt Jan van Holten. |
2. | Dirk TUEREN, * huwt Geertje Jans van Schaffelaar. |
3. | Hendrik TUEREN, * huwt Henrickje Gijsberts Ros. |
4. | Ariaantje, * huwt Lambert van Hardeveld. |
5. | Elisabeth Harms. Gehuwd voor de kerk op 11-12-1681 te Veenendaal met Hendrik JACOBSE (van Essen), * Zie 2189-5, d.d. 24-04-1681 Veenendaal. * 2189-118, notaris Christoffel Boumeister, d.d. 14-10-1684, Veenendaal. De heer Aelbert Steck en zijn zooon Joost Steck, machtigen Jasper van Schaijck en Willem Jelissen Snack om in hun naam te compareren voor de Edele heere Everhard Both van der Eem, raedt 's lants van Utrecht, mitsgaders voor thinsgenoten om te transporteren volgens costume en gewoonlijcke requisite aen Hendrick Jacobs van Essen ende Elisabeth Harmans Tuijren, echteluijden, ende haeren erven, een seeckere huijsinge ende hoffstad met een bergh, baggerschuijr, ende aengehoorende veen ende weijlanden, oock bouwlande, groot in 't mergentael, 14 mergen, sijnde erfpachtgoed van de voorschreven Domijnenen, erfpacht is 48 gulden en 6 stuijvers jaerlijcx. * Hendrick Jacobsen van Essen ende Elisabeth Herman Tuijren echteluijden, machtigen Hendrick Vastrick bode tot Rhenen, omme voor de gerechte aldaer te compareren en t.b.v. Hendrick van Broeckhuijsen, Gijsbert Cornelis van Ingen, Anthonij Stip, Gerrit Jacobs van Essen en Cornelis Groenevelt, specialijck te verbinden de huijsinge, en aegehoorende erve sulcx bij de comparanten tegenwoordich in Venendael bewoont, en gebruijckt wort en haerlieden in eijgendom is. etc. [12-03-1688, 2189-206] * Hendrick Jacobs van Essen ende Elisabeth Hermens Tuijren, verclaerden bij desen voor haer ende haeren erven vercoft te hebben aen ende t.b.v. Hendrick van Broeckhuijsen, Gijsbert Cornelis van Ingen, Anthonij Stip, Gerrit Jacobs van Essen en Cornelis Groenevelt, die ter selven tijt alhier mede compareerden oock bekenden bij desen voor haer ende haeren erven in coope over te nemen, vijff peerde, alsse drie swarte meers, een grauwe meer, ende een vullen, drie koebeesten, twee ende vijftich schapen, twee wagens, vier soo lichters als schouwer, vier bedden met sijn toebehooren een eijcke kast in de kamer, drie tafels, daer onder een ovael, ses blauwe stoelkussens, de messie in de vaelt, alle 't hoij en stroij, wagens, ploegh, eeghden, met den vorderer inboedel ende huijsraet, (waarde 325 gulden) etc. [14-03-1688, 2189-208] * 2189-209, notaris Christoffel Boumeister, d.d. 15-03-1688 ('s avonts ontrent de kloecke negen uijren) Veenendaal. Hendrick van Broeckhuijsen, Anthonij Stip, Gerrit Jacobsen van Essen ende Cornelis Groenevelt, soo voor haer selven ende in name en haer sterckmaeckende voor Gijsbert Cornelisen van Ingen. Ende verclaerden dat, alsoo Hendrick Jacobssen van Essen ende Elisabeth Hermens Tuijren, echteluijden heeft gecedeert en overgegeven; vijff peerden, alssse 3 swarte merrien, een grauwe meer, ende een vullen, drie koebeesten, 52 schapen ende vordere mobilia, voor de somme van 325 gulden. De goederen zijn wederom geleent en in handen gestelt van Hendrick Jacobssen van Essen en sijne huijsvrouw Lijsbeth Tuijeren, die ter selver tijt alhier mede compareerdende oock bekenden de selve goederen weder te leen te ontfangen, omme die te gebruijcken soo lange het den voorneomde Hendrick van Broeckhuijsen cum socijs gelieven sal, en langer niet. Belovende alsulcx sij echteluijden de selve goederen niet te veralieneren off verminderen, nemaer de selve in gelijcke staet te houden en te laten etc. * Dat Hendrick Jacobssen van Essen, voor hem ende sijnen erven in eijgendom sal hebben een seecker huijs, schuijren, bergh ende vorder getimmer mette aengehoorende landerijen groot ontrent twaelff mergen, streckende voor uijt de gemene Grift tot aen Cunerawech toe, daer Oostwaerts een seecker stuck goets dat oock genaemt wort Geresteijn, zuijtwaerts Curnerawech, Westwaerts den Eerwaarde Ds. Joannes Brinckhuijsen, ende Noortwaerts de voorschreven Griffe naestgelant, ende gelegen sijn, edoch onder die conditie dat den selven in den gemenen boedel sal inbrengen een capitale somme van een duijsent gulden offe emmers van Victoris des jaers 1681 verleden off den boedel van gelijcke capitael ten contentemente van den andere mede erffgenamen ontlasten. * 2190-36, notaris Christoffel Boumeister, d.d. 20-05-1690 Veenendaal. Hendrick Jacobssen van Essen ende Elijsabeth Hermans Tuijren, possesseuren ende eijgenaeren van de hoffsede, landerijen (ca. 14 mergen) etc, Engelenburgh, machtigen de procureur Hendrik van Hees, om te compareren voor de rentmeester van de Domainen 's lants van Utrecht, om de comparanten te laten registeren en te versoecken ter confirmatie een plechtbrieff van 2000 gulden. Dat zij volgens de erfpachtbrief van 1 november 1684 eijgenaeren verclaerde geworden te sijn. * 2190-37, notaris Christoffel Boumeister, d.d. 25-05-1690 Veenendaal. Eoden, a 12 stuivers geexpedieert. Op huijden den 25e maij 1690 compareerde voor mij Christoffel Boumeister, openbaer notnaris 's hooffs van Utrecht in Veenendael, residerende, ende voor de getuijgen naebenoempt comparanten Hendrick Jacobssen van Essen ende Eliabeth Hermans Thuijren, echtelieden, woonende alhier in Veenendael en verclaerden bij desen onwederroepelijck te constitueren en machtich te maecken de heer ende Mr. Mattheus de Leeuw, advocaet voor den Edele Hove van Utrecht voorschreven, omme te compareren voor den heere rentmeester van de Domainen 's lants van Utrecht ofte desselfs gesubstitueerde, ende aldaer uijtten name ende van wegens haer comparanten te bekennen wel en deuchdelijck schuldich te wesen aen ende ten behouve van de heer Gillis van Wijck, outraedt in de vroedschappe der stadt Utrecht, en zijn edele erven een capitale somme van tweedusent gulden, spruijtende en gewoon ende uijt oorsake de heer Albert Steck [qti] qua volgens obligatie off plechtbrieff van de 7 maij 1682 aen de heer Gillis van Wijck gelijcke tweedusent gulden schuldigh was en dat den voornoemde den heer Aelbert Steck het naerbeschreven goet aen haer comparanten vercopende bij coopconditien bedongen heeft dat zij comparanten die voorschreven 2000 gulden competerende de heer Gillis van Wijck voornoemd in minderinge van haer beloofde cooppenningen ten haeren laste souden nemen, dat mede den voornoemde heer Steck het nabeschreven goet op die last aen haer comparanten hadde gecedeert en afgegeven vermogens den erffpachtbrieff daer van zijnde in date den 1 november 1684, makende den voornoemde der advocaet de Leeuw daer benevens oock maghtich om uijt haer comparanten name te beleven van het voorschreven capitael van tweedusent gulden aen welgemelte heer Gillis van Wijck jaerlijcks en alle jaer op den 12e februari te sullen betalen, renten naer advenant vijff percento te reeckenen, waer van het eerste jaer omgecomen off verschenen is, den 12-02-1690 en in de betalinge van die renten te sullen continueren tot dat zij comparanten het voorschreven capitael van 2000 gulden met alle de renten van dien aende Heer Gillis van Wijck voornoemt ofte sijnen erven sullen hebben affgelost en betaelt, welcke afflossinge ten aller tijden zal mogen en oock moeten geschieden mits de een de ander een vierendeel jaers van te vooren waerschouwende gegevende zij comparanten boven dien aen der gemelten De Leeuw noch volcomen maght en last omme voor de voldoening van het voorschreven capitael en jaerlijcxe renten van dien alrede verschenen en nogh te verschijnen tot een speciael hijpotheecq en onderpand te stellen seecker erff, de hoffstede, mede bepotinge en betimmeringe daer op staende met alle de aenhorige landerijen groot ongeveerlijck veertien mergen, off soo groot en cleijn als deselve in Venendael aende Stichtse zijde gelegen zijn genaemt Engelenburgh, streckende voor uijt Bisschop Davids Grifte tot aen Cunerawegh toe, daer oostwaerts Hendrick van Broeckhuijsen en westwaets de erffpagter van de Heer van Rijsenburgh naest en alomme gelegen zijn, invoegen zij comparanten het selve erffpaghtgoet volgens den erffpaghtbrieff daervan zijnde becomen hebben voorts te versoecken dat zij comparanten in het gene voortnoemde is mogen werden gecondemneert belovende zij comparanten alle s van waerde te sullen behouden en doen houden 't geene bij den voornoemde den gecostitueerde in craghte dese zal werden gedaen en verright onder verbandt submissie en renunciatie als naer reghten, versouckende hier van acte de welcke is dese. Aldus gedaen en gepasseert ten huijse van de comparanten ten overstaen van Anthonij Stip, cameraer alhier ende Anthonij de Ridder, als gerequireerde getuijgen. * 2191-22 zie Bastiaan Metman. *2191-62, notaris Christoffel Boumeister, d.d. 28-02-1698 Veenendaal. Hendrick machtigt Adriaen van Wijck, procureur voor het Gerecht van Rhenen, in de zaak tegen de weduwe van de heer Peter van Broeckhuijsen, alsmede tegen Maes Jacobs Voerman. * 2193-28, not. Elias Verschuijr, d.d. 26-11-1704, testament, Veenendaal. Hendrik Jacobsen van Essen en Elisabeth Tuuren, zij swackelijck van lighaem, te bedde leggene, benoemen voogden over onmondige kinderen etc. * 2193-63, notaris Elias Verschuijr, d.d. 31-05-1706. Hendrick Jacobsen van Essen, weduwnaar en boedelharder van Elisabeth Turen machtich Willem de Groot tot Utrecht ende Derck van Ommeren wonende tot Rhenen, te cederen, transporteren en over te geven t.b.v. Gijsbert Verkroost 18 margen soo bouw als weij en veenlant met de huijsinge, berch en schuijr, met de vordere betimmeringe ende beplanting daerop staende oft soo groot ende cleijn, gelegen in Venendael, sijnde erfpachtplichtig aan de domeijnen 's lands van Utrecht, alles breder beschreven in de coopcedulle d.d. 28-10-1705 en 19-04-1706 etc. * 11-02-1699: namenlijst: Hendrick Jacobusz van Essen * 14-03-1706: Certificatie: Hendrick Jacobsen van Essen, zoon van Jacob Wouterse van ESSEN (zie 2094) en Merrichje Gerrits van MAASEYCK (zie 2095). |
6. | Willemijntje, * huwt Jan van Stockum. |
7. | Geertruij TUUREN (zie 527). |
1. | Tjarck JANS, gedoopt op 05-01-1679 te Vierhuizen. |
2. | Albert JANS (zie 544). |
1. | Reenje DOO(C)HES (Dookes) (zie 545). |
1. | Grietie KRIJNS, geboren te Zoutkamp, gedoopt op 17-04-1681 te Vierhuizen, alle drie uit de Soutkamp. |
2. | Krijn KRIJNS, geboren te Zoutkamp, gedoopt op 26-08-1683 te Vierhuizen. |
3. | Fockelje (Fo(o)(c)kel(je)) (zie 547). |
4. | Jan, geboren te Zoutkamp, gedoopt op 04-06-1688 te Vierhuizen. |
5. | Meijke KRIJNS, geboren te Zoutkamp, gedoopt op 17-07-1696 te Vierhuizen. |
6. | Pieter, geboren te Zoutkamp, gedoopt op 26-04-1705 te Vierhuizen. |
7. | Rijckel, gedoopt op 30-01-1708 te Vierhuizen, sijnde 17 jaar, zoon van Crijn Crijns en Trijn Rijckels in de Soltcamp. |
8. | Lijsabeth, * bij doop: 06-05-1693 vader Jacob Jans en moeder Lijsabeth, dochter van Crijn Crijns, beijde uijt de Zoutkamp. |
1. | Jelte POPKES (zie 548). |
1. | Wijrt TIAPKES, gedoopt op 08-10-1682 te Winsum, vader Tiapke Wijrts, moeder niet genoemd. |
2. | Lijsbeth TJAPKES (zie 549). |
3. | Peter TIAPKES, gedoopt op 13-11-1687 te Winsum, moeder niet genoemd. |
4. | Isebrant TIAPKES, gedoopt op 11-01-1691 te Winsum, moeder niet genoemd. Overleden voor 1692. |
5. | Isebrant TIAPKES, gedoopt op 21-02-1692 te Winsum, moeder niet genoemd. |
1. | Cornelis Lambert (zie 564). |
2. | Petrus, gedoopt (rooms katholiek) op 03-07-1705 te Helvoirt (getuige(n): Lambertus (Randes?); Petronella Peeters Smolders). |
3. | Gertrudis, gedoopt (rooms katholiek) op 26-08-1706 te Helvoirt (getuige(n): Martinus Jansse van Tuijl; Catharina Joosten). |
4. | Arianus, gedoopt (rooms kath.) op 02-09-1708 te Helvoirt (getuige(n): Gisbertus Janse Randepool; Maria Janse Smolders), moeder hier Wilhelma Adriainx. |
5. | Maria, gedoopt (rooms katholiek) op 01-07-1710 te Helvoirt (getuige(n): Adrianus Renders; Maria Adriaense van Tuijl). |
6. | Joanna Elizabeth, gedoopt (rooms katholiek) op 07-02-1712 te Helvoirt (getuige(n): Adrianus Hendricus de Meijer; Maria Hendriek Zacharias). |
1. | Johannes Adriaen, gedoopt op 01-04-1683 te Oisterwijk. |
2. | Helena, gedoopt op 10-11-1684 te Oisterwijk. |
3. | Huijbert Adriaan (zie 566). |
4. | Elisabeth, gedoopt op 04-10-1688 te Oisterwijk. |
5. | Joannes, gedoopt op 09-04-1690 te Oisterwijk. |
6. | Josepha, gedoopt op 19-03-1692 te Oisterwijk. |
7. | Gerardus Adriaen Adriaen Hubertus, gedoopt op 29-03-1694 te Oisterwijk. |
8. | Joannes, gedoopt op 09-04-1695 te Oisterwijk. |
1. | Theodorus Cornelis Jan (Dirck) van GREVENBROECK (zie 568). |
2. | Joannes, gedoopt (rooms) op 24-07-1678 te Tilburg (getuige(n): Heijltje Jan Dircken), overleden voor 1686. |
3. | Joannes, gedoopt (rooms katholiek) op 02-10-1686 te Tilburg (getuige(n): Arnoldus Grevenbroek; Justina Jan Roijmans). |
4. | Anna Maria, gedoopt (rooms) op 17-01-1689 te Tilburg (getuige(n): Anna Jansen van Grevenbroeck). |
5. | Sanctior (Heiliger), gedoopt (rooms) op 15-07-1691 te Tilburg (getuige(n): Anna Claes de Cock). |
6. | Bonaventura, gedoopt (rooms katholiek) op 15-12-1694 te Tilburg (getuige(n): Anna Cornelius Donders). |
7. | Heijliger (Sactius), gedoopt (rooms katholiek) op 25-04-1696 te Tilburg (getuige(n): Nicolaus Cornelissen van Bijmelans; Maria Aertsen van Grevenbroek). |
8. | Heiliger, gedoopt (rooms katholiek) op 16-08-1698 te Tilburg (getuige(n): Wilhelmina Norbertus van Spaendonck), * Heijliger Cornelis van Grevenbroek huwt te Loon op Zand a.d. Rostelberg, Johanna de Rooij. Kinderen: Cornelia x Norbert Adriaan de Cocq. Willem. Allegonde x Lucas Hoebens. Anne Marie. Maria x Adriaan Adriaan van Iersel. Jenneken x Arnold Pijnenborg. Elias. Andina. |
9. | Aelbert. Coll. Van Dijk [gevonden een doop: Cornelius Grevenbroeck, ged. 27-12-1734 Loon op Zand (rk) Vader: Heijlegerus Theodorus Grevenbroeck Moeder: Joanna Aertse de Roij. Getuigen: Albertus van Grevenbroeck en Petronella Dirckse Grevenbroeck ??] . |
1. | Anna Adriaans Hendrik Janssen (zie 569). |
1. | Peter Aart (zie 570). |
1. | Gertrudis Cornelis (zie 571). |
2. | Adriana Cornelis. |
1. | Cornelius Peter MOMMERS (zie 572). |
2. | Bartholomeus, gedoopt op 16-01-1689 te Tilburg. |
3. | Anna Maria, gedoopt op 18-01-1691 te Tilburg, begraven op 18-08-1703 te Tilburg op 12-jarige leeftijd. |
4. | Ida, gedoopt op 10-10-1696 te Tilburg. |
5. | Angela, gedoopt op 19-05-1703 te Tilburg. |
6. | Petrus. |
7. | Anna Maria, gedoopt op 18-07-1708 te Tilburg. |
1. | Joannes van de PAZ, gedoopt (rooms) op 28-09-1693 te Oisterwijk (getuige(n): Cornelis Jacob Witlox; Catharina Geert van de Paz). |
2. | Peter Wouter (zie 574). |
3. | Joanna van de PAZ, gedoopt (rooms) op 13-03-1698 te Oisterwijk (getuige(n): Joannes Jansen Witlox; Anna Jacobs Witloox). |
4. | Petronilla van de PAZ, gedoopt (rooms) op 12-06-1700 te Oisterwijk (getuige(n): Justus Thijs Vranghen; Anna Aert Janssen). |
5. | ws. N.N. Begraven op 15-10-1721 te Udenhout. |
1. | Hendrina Antonius (zie 575). |
1. | Jacob HENDRICKS, geboren circa 1670 te Bennekom (?) (gezindte: ned.ger.), overleden voor 1709 te Bennekom (?), voor 21 april, huwt Catharina van Crugten. |
2. | Hendrik Hendriksen van den PEPPEL (zie 576). |
3. | Gerrit HENDRICKS, geboren circa 1680 te Wageningen (?) (gezindte: ned.ger.), begraven op 06-06-1760 te Bennekom, aangifte te Wageningen, begraven in de buurt buiten het schependom, recht 3 gulden, huwt Jacobjen Evers. |
4. | Jan HENDRICKSEN, geboren circa 1700 te Wageningen (?), huwt Debora Cornelissen. |
5. | Wouter HENDRICKSE, begraven op 03-04-1724 te Bennekom, aangifte te Wageningen, recht 3 gulden. |
1. | Willem (zie 584). |
2. | NN, gedoopt (ned.ger.) op 02-11-1672 te Wageningen, het kind van Cornelis Troost genaamd .... |
3. | Gijsbertjen, gedoopt (ned.ger.) op 30-04-1677 te Wageningen. |
4. | NN, gedoopt (ned.ger.) op 12-03-1684 te Wageningen. Cornelis Troost het kind. |
5. | Geertje, gedoopt (ned.ger.) op 28-08-1687 te Wageningen. |
6. | Brantjen, gedoopt (ned.ger.) op 03-10-1689 te Wageningen. |
7. | Geurt, gedoopt (ned.ger.) op 10-05-1691 te Wageningen, (vader en moeder genoemd). |
1. | Berend Jansz (zie 586). |
2. | Geurt Jansen van WESTERHOF. |
3. | Albert Jansen van WESTERHOFF, overleden voor 1740, * huwt Derckske van Laeckemont, hebben een huijs en schuer aan de Beuningstraat (600). |
1. | Johannes, schoolmeester en voorzanger tot 1733, gedoopt (ned.ger.) op 22-08-1665 te Uithuizen, begraven op 15-12-1734 te Uithuizen op 69-jarige leeftijd, * mester Elerije, laat na weduwe; in de bekken bevonden f. 7.16.0. * Album Studiosorum Academiae Groninganae : Rector Gerhardi Lammers : 1682 14 aug. Johannes Elleri a. 17, Phil. * lidmaat op belijdenis Groningen december 1685, als student tegenover de A-kerk * Heeft een zoon Albert Elleri ged. Uithuizen 13-10-1700 luitenant, in 1730 chirurgijn te Uithuizen huwt Jantjen Crijns. Hun dochter heeft Ebelia Elleri geboren in 1736 van 't Zand overleden Stedum 31-03-1803, huwt op 04-12-1762 Stedum met Claas IJsebrands, gedoopt Stedum, begraven te Stedum * meer kinderen uit dit huwelijk. Relatie met Ebeltje [ALBERTS CLASEN], * achternaam in bewezen. Zie opmerkingen GensNostra 2004 Elleri/Eleri door P.J.C. Elema. |
2. | Arnoldus (zie 588). |
1. | Anna Margreta (zie 589). |
2. | Brunne UCHTMAN, gedoopt op 04-06-1669 te Groningen (A-Kerk), adres bij 't Damsterdiep. |
3. | Cornelia, gedoopt op 06-07-1671 te Groningen (Martinikerk), adres op 't Damsterdiep. |
4. | Johanna, gedoopt op 03-01-1673 te Groningen (Nieuwekerk), adres aan 't Damsterdiep. |
5. | Wilmina, gedoopt op 22-04-1674 te Groningen, huwt Regnerus Dronrijp. |
6. | Johanna UCHTMAN, gedoopt op 03-03-1676 te Groningen (Nieuwekerk). |
7. | Willem, gedoopt op 05-07-1678 te Groningen (Martinikerk), overleden voor 1683. |
8. | Bronno UCHTMAN, gedoopt op 11-01-1681 te Groningen (Martinikerk). |
9. | Wilhelmus, predikant Wittewierum 1711, Oude Pekela 1722-1733, gedoopt op 05-07-1683 te Groningen (Nieuwe kerk), gedoopt als Willem, begraven op 06-04-1733 te Oude Pekela op 49-jarige leeftijd. |
1. | de heer Abraham (zie 590). |
2. | Angnietje, zus? |
3. | Gerritje, * getuigd bij 1 van de kinderen van haar broer. |
4. | Johan, capitain-geweldiger, tr. Bennekom 12-06-1709 Geertruid Elisabeth Schepsel. |
1. | Gerritien, * zie Geertruid en haar vader. |
2. | Gertruid (zie 591). |
1. | Johannes BALFORD, gedoopt (ned.ger.) op 14-11-1663 te Dordrecht, overleden voor 1671. |
2. | Johanna BALFORD, gedoopt (ned.ger.) op 08-10-1664 te Dordrecht. |
3. | Gijsbertje BALLEFOORT, gedoopt (ned.ger.) op 24-09-1668 te Dordrecht. |
4. | Johannes BALFOORT, gedoopt (ned.ger.) op 15-07-1671 te Dordrecht, overleden voor 1696, huwt op 25-01-1671 Dordrecht met Cornelia Bordis. |
5. | Pieter BALFOORT (zie 592). |
6. | Sara BALFORT, gedoopt (ned.ger.) op 20-01-1676 te Dordrecht. |
7. | Pieternelle BALFOORT, gedoopt (ned.ger.) op 25-10-1682 te Dordrecht, * moeder hier genoemd Marijke Jans. Begraven op 29-10-1682 te Dordrecht, 4 dagen oud. |
1. | Johanna Maria van TONGERLO (zie 593). |
2. | Hermijna, gedoopt (ned.ger.) op 20-11-1681 te Lichtenvoorde (getuige(n): Hermen Sterrenborg; Geertruijt Sterrenberg; Magdalena Planten). |
3. | Lijsbeth, gedoopt (ned.ger.) op 16-07-1690 te Lichtenvoorde. Huwt ws. 28-06-1722 Lichtevoorde Stephen van Schoten jongeman, soon van Jacob van Schoten van Zutphen en Elisabeth Tongerlo, jongedochter van wijlen Berent Tongerlo uit Lichtenvoorde, met attest naar Zutphen. |
4. | Aleijda, gedoopt (ned.ger.) op 22-09-1695 te Lichtenvoorde, huwt 12-10-1732 Lichtevoorde Berent Hulshoff zoon van Berent Hulshoff in zuijwent en Aeltje Tongerlo dr. van wijlen Bernt Tongerlo in Lichtevoorde. |
1. | Johanna, gedoopt (ned.ger.) op 14-03-1684 te Bergen op Zoom. |
2. | Francina, gedoopt (ned.ger.) op 26-09-1685 te Bergen op Zoom. |
3. | Cornelis, gedoopt (rooms katholiek) op 23-12-1692 te Bergen op Zoom. |
4. | Elisabeth, gedoopt (rooms katholiek) op 20-02-1694 te Bergen op Zoom. |
5. | Anna Elisabeth, gedoopt (rooms katholiek) op 06-06-1695 te Bergen op Zoom. |
6. | Franciscus FAAS (zie 594). |
7. | Jacobus FEIJS, gedoopt (Rooms katholiek) op 25-07-1701 te Bergen op Zoom (getuige(n): Johannes Fransiscus Teniers; Anna Margaretha Brinckhof). |
1. | Abraham van HUIJ, soldaat bij de VOC, overleden te Oost Indie, * in 1715 vertrokken uit Middelburg naar Oostindie. |
2. | Elisabet van HUIJ. Relatie met Evert van WELSADEN. |
3. | Isaak van HUIJ, minderjarig in 1728. |
4. | Johan van HUIJ. |
5. | Johanna van HUIJEN (zie 595). |
1. | Cornelis, gedoopt (ned.ger.) op 08-01-1716 te Utrecht (Domkerk), adres Groot Eliesteeg, overleden voor 1767. |
2. | Pieter, gedoopt (ned.ger.) op 02-06-1717 te Utrecht (Domkerk), overleden voor 1721 te Utrecht, het kind van Jan van der Bijl d.d. 21-10-1719. |
3. | Willem (zie 598). |
4. | Pieter, gedoopt (ned.ger.) op 01-01-1721 te Utrecht (Nicolaikerk), begraven op 17-08-1722 te Utrecht op 1-jarige leeftijd, het kind van Johannes van der Bijl. |
1. | Johannes, gedoopt (ned.ger.) op 15-03-1716 te Utrecht (Geertekerk). Adres: Oude Graft achter 't Wijstraat. |
2. | Aletta, gedoopt (ned.ger.) op 29-04-1717 te Utrecht (Buerkerk). |
3. | Pieter, gedoopt (ned.ger.) op 30-09-1719 te Utrecht (Catrijnekerk), overleden voor 1724 te Utrecht. |
4. | Jannigje (zie 599). |
5. | Pieter, gedoopt (ned.ger.) op 19-11-1724 te Utrecht (Catharijnekerk). |
6. | Cornelis, gedoopt (ned.ger.) op 09-03-1727 te Utrecht (Domkerk). Adres: Agter het Wijstraat. |
7. | Adrianus, gedoopt (ned.ger.) op 27-10-1730 te Utrecht (Domkerk), adres: Agter het Wijstraat. |
1. | Dirck PINKENE, gedoopt (ned.ger.) op 19-09-1676 te Utrecht (Catharijnekerk) (getuige(n): Eva Pinckene, grootmoeder). Inventarisnr. 160a8 Aktenr. 26 d.d. 04-05-1726 Koop en Verkoop Notaris H. Dons Utrecht. 1e partij: Jan Jacobss van Zijtvelt (J.J> van Sijpvelt), Westbroek 2e Partij: Dirck Pinckeni Soort onroerend goed: 4 mergen weijlant; ligging onroerend goed: Gageldijk. Belendigen: achter Groenenweg: zw: 't capittel. St Marien't Utrecht; nw. Pieter van Pijlsweert. Gerecht: Westbroek in;t Buitenweg. Bijzonderheden: de helft is leen goed aan het huis te Zuilen. |
2. | Hendrik PINKENE, gedoopt (ned.ger.) op 19-09-1676 te Utrecht (Catharijnekerk) (getuige(n): Eva Pinckene, grootmoeder), overleden voor 1684 te Utrecht. |
3. | Adam PINKENE, gedoopt (ned.ger.) op 07-02-1678 te Utrecht (Jacobikerk). Adres: Pauwsteegh. Adam Pinckeni weduwenaar van Johanna van Wijck omtrent de Viebrug Bron: SA II nr. 1289 2 fol. 3432 d.d. 08-06-1716. |
4. | Gerrigje Tiemoot PINKENE (Pinke) (zie 601). |
5. | Henric PINCK, gedoopt (ned.ger.) op 06-01-1684 te Utrecht (Jacobikerk). |
6. | Arnoldus PINKENI, gedoopt (ned.ger.) op 22-08-1686 te Utrecht (Jacobikerk). Adres: Pauwsteegh. Gl. op 8 ft: zegel 12/06/11. Compdr. voor mij Wouter Adriaen Keppel, notaris voor Ed hove van Utrecht de voorn. nagenoemde getuigen: Abraham Bergeijk & Fransois Pluvier, beijde van competente ouderdom en verklaarden de attuten comparanten ter requisitie ender versonken van Thimotheus Pinkenie als vader en voogd van Arnoldus Pinkenie, Jacobus Koopman en zijne huisvrouw, Joost Johan en Hendrik Koopman, hoe waar is dat hij 1ste comparant op den 25 mei 1711 des avonds is geweest ten huijse van Hendrik de Louter bij den Tolsteegpoort, dat daer mede was gekomen zijn attnt huijsvrouw, dat aldaer aen huijs is gekomen een soldaet hem attnt onbekend dreijgende de glazen in te slaen, dat De Louter tegen den selven zeijde slaet was aen gij sult echter niet in huijs komen, dat de (klesvers?) op het moment daer omtrend komende voorn. De Louter aen gaet ende versogt dat zij dien soldaet souden mede nemen de welke zijnde hebben daer geen kracht toe, dat hij 1e comparant bij huijsvoors nog geen kosten (tijd) voord hebbende so was sij ten (gemch) huijse uijt gegaan met zijn huijsvrouw dat den 1e attnt voor aen in 't Wijstraat heeft gevonden Daniel Roemers met sijn huijsvrou en ennige kloppers, dat den 2e atten den aldaer mede is bij gekomen dat den 1e attent aende voorn. Roemers heeft gevraagd en gesecht 'Daniel bent gij het' waerop Roemers antwoordde sijnde 'ja, ik ben het' en so hebbende mijn vrouw en mij o daer gehavend, dat voorschr. kloppers dien 1e comparant dreijgden te slaen en voorn. Roemers mede te nemen, waarop de 1e compt. tegen Roemers zeijde 'gaet gij met mij mede, dat de comparanten te samen met voorn. Roemers zijn gegaen, dat zij attnten, in het Wijstraet voors. hebben ziende aankomen, twee manspersonen, zijnde een een soldaat (staende zijnde grenadiers muts verkeerd) en den anders manspersoon, dat hem ende Roemers haer sienden, seijde dat zijn sij die mijn vrouw so gehavend hebben, voegende Roemers daer bij en ik geloov dat zij mij nog meer willen geven, dat zij comparanten met voorschr. Roemers zijnde gekomen tot op de kluijs van Brugge voor Tolsteegpoort, heeft voorn. soldaet de 2e comparant met sijn degen gehouwen off geslagen tegen zijnen strot en das, waarop sij 2e comparant was agter uijt gesprongen, verklarende 1e comparant dat genoemd soldaet op het zeggen van voorn. Roemers, zeijde 'ja, gij zult nog meer hebben' dat de voorschr. soldaet hem Roemers voorts, voorbij het lijff heeft gevat en hem agter over tegen de stenen heeft geworpen, daarop zijnen degen heeft getrokken, staende daarmede denselven Roemers op zijn hoofd en armen, dat daer op genoemde Roemers zeijden'ik heb genoeg', dat hij 1e comp. tegen voorn. soldaat zeijde, 't lijkt wel of gij den kerel geheel om hals wilt brengen', dat voorschr. soldaat tegen hem 1e comp. zeijde 'ik sul u eerst blind slaen en dan ook de laag geven, als hem (de noterende voorn. Roemers) daerop hem 1e comparant met sijn degen in 't aangesigt slaende dat hij bloeide, ook nasen steken en staende welke slagen hij 1e comp. soveel mogelijk heeft afgewend en hem omgekeerd, waar op den voorn. soldaat weder gaande naar voorn. Roemers en hem nog siende bewegen, so seijde genoemd soldaet 'hond leevd gij nog, gij moet nog meer hebben' daer op hem met zijn degen nog stekende in den hals bij de strot, dat voorn. borgersgesle riep tegen de voorn. soldaat, 'cousin, gaat voort' dat dezen soldaat nog eens met den degen na hem 1e comparant sloeg, dog missende alsdoen tegen den oudste riep 'ik kom' en henen liep, dat hij 2e comp. op het roepen van 'moord, moord' wederbij den 1e comp. en voorbij Roemers is gekomen en, dat den 1e compnt. hem Roemers heeft opgeheft en op de voors. kluijs heeft neder(geseldert) een 2e compnt daarbij komende hem Roemers also sittende aldaer heeft gevonden met zijn hoof voorover bloedende en een kwetsuren hebbende aen zijn hals, dat zij comparanten tesamen met hem Roemers en zijnen huisvrouw zijn heen gegeaan en hem hebben thuijs gebragt, verklarende zij comparanten verder dat voorn. Roemers aen haer comparanten niet heeft geklaegd off gesegt dat iemand van reguten hem hadden gekwetst off verongelijkt al het welke zij attuten, verklaerden de volkomen waarheijd te beselven gevende reden van wetenschap alsn (???) van 't gunt voorschr. (??) ten alle tijden uw edele (?) nader te gestanden, conf. arts, die deze is. Aldus gedaen en gepasseert binnen Utrecht op de 8 juni 1711 uw presenten van Geurt Wijtbrout den Ouden en Geurt Wijtbrood den Jongen, getuigen etc. Aktenr. 64 20/7/11 gh op 4 ft zegel. Comparerende de ende voor nabend getuijgen RAgel Remmeger huijsvrouw van Niclaas van Kalkhoven (mij notaris bekend gemaakt) en verklaarde de comparanten ter requisitie ende versoeke van Timotheus Pinkenie als vader en voogd van Arnoldus Pinkenie ende vande selven Arnoldus Pinkenie mitsgaars ten versoeke van Jacobus Koopman en Maria van Bronsveld echteleiden mitsgaers mede ten versoeke van Joost, Johan en Hendrik Koopman, hoe waar is ende haar comparante nog wel geheugd dat Adrieana wede ..... van Daniel Roemer op de 16 maij 1711 des morgens omtrend 9 uren gekomen voor de comparantes huis staande alhier op de Oude Gracht naes den brouwerij Den Boog, dat zij comparanten aen haer weduwe Roemers gevraagd heeft hoe dat sij een blauw oog hadde. Deselve heeft geantwoord, Ja, so ben ik van de nacht gehavend ende sij hebben mijn man ook seer mishandeld, sodanig dat hij er van sijn leven niet van op zal komen, dat de comparante vraagde, wel waar is u man, sij geantwoord gesegd heeft hij legd te bedde ende hij sal ook niet meer opkomen sodanig hebben se hem met het hoofd tegen de stenen geworpen en so wanneer wij niet ontset waren geworden so saiden sij ons beiden vermoord hebben, dat de comparante haar weduwe Roemers vraagt waar dat het selve geschied was, sij weduwe Roemers antwoordde dat het was geschied voor Schoonhovens deur, bij de Tolsteegpoort, dat daar twee kerels aankwamen, dat d' een een soldaat en d' ander een borger gesel was, dat die tegen malkander seijden, die ons het eerst tegen komt die sullen wij kapot maken ende in de gracht (gooien), dat sij weduwe Roemers alsdoen in de hoek was gaan sitten ende van benautheijd aldaar gebleven, doende haar voorschot over 't hooft, dat der soldaat aldaer was bij haer gekomen ende tegen den anderen persoon hadde gesegd, daar sit een kerel in de hoek, dat sij weduwe Roemers daar op hadde gesegd 'neen, ik ben een vrouwspersoon ende omdat gij sodanige bedreijginge als voorschr. dat zo ben ik va benautheijd in de hoek gaan sitten en hebben de voorschot om mijn hoofd gedaan, ende ik hoorde u seggen dat gij de glasen wilde inslaan bij De Louter dat sij weduwe Roemers daarop hadden gesegd voor mijn part doet het vrij, want ik heb daar op nog een oud eijger, dat een van dei persoen op haar aanvallende seijde, sit gij hier om ons te verraden ende haar seer deerlijk sloeg, waarop sij riep 'moord! moord!', dat haren man ' selve horende uijt het Wijstraat daar na toe was komen lopen en gesegd heeft 'wat doet gij lieden hier, dat so moord word geroepen', dat sij weduwe Roemers tegen haren man hadde gesegd 'daantje, daantje, bent gij daar, sij willen mij vermoorden', dat die personen daarop tegen haren man hadden gesegd 'hebt gij so een donderse verradelijke hoer tot uw wijff dan sult gij ook van 't selvde hebben,' dat de soldaar daarop haren man hadden aangetast, hem deerlijk geslagen heeft, ende met het hoofd agter over tot verscheijdenen reijsen tegen de steenen van de straet hadde gesmeten, dat haren man hadde geroepen 'ik heb genoeg' ende op de straet was blijven liggen, dat die soldaat van haren man alsdoen aflatende weder bij hem was gekomen, nadat hij door twee personen bij hem komende was op de straat aanieder geset ende tegen hem heeft gesegd 'hond leevd gij nog' en hem nog een keer heeft mishandels, mitsgaders weder met het hoofd tegen de straat hadde geslagen dat een van dei voorschreven twee mans personen die daar omtrend waren komen toelopen ende dien soldaat bestraffende dat hij een borgerman so deerlijk mishandelde den voorsnoemd soldaat tegen hem hadde gesegd ' waar bemoeijt gij uw mede, ik sal uw strak van het selve laken, mede ook een broek geven', off diergelijke woorden, dat den soldaat eijndelijk met dien voornoemd borgerpersoon waren heen gelopen, dat sij weduwe Roemers den volgende dag des morgens weder bij haar comparante was gekomen dat de comparante haar hadde gevraagd hoe dat sij so verbaast was, dat sij weduwe Roemers daarop antwoorde ende seijde 'het is geen wonder ik heb daar so (net?) dien soldaat bij het Rosendaal gesien dien moordenaar van mijn man, die mijn man eergisteren nagt so gehavend heeft, ende ik heb tegen hem gesegd, dat ik hem soude gaan beklagen, en dat hij wel mogte denken, dat haar man daar niet van soude op komen, dat dien soldaat het alsdoen ontkennende sij weduwe Roemers hadde gesegd 'ik kenu al te wel met uw snede in den bek ende ik heb u des nagts sijnde ligte maan, maar te wel onder den hoed gesien' dat hij als doen was weggelopen, dat sij comparante ook voor het bedden van (voornoed) (huijsinge) Roemers was geweest en dat haerst alle daag 't sedert het voorschreven geval dathij Roemers verscheijdene male tegens haar comparante hadde gesegd dat hij met de (Reguten), des avonds op de voorschreven 25 maij 1711 wel in de borger was geweest, dog dat hij de woorden ende kwestie aldaer met heurlieden hadde afgedronken en dat de Reguiten geen oorsake van sijn door waren, maar dat het den voorschreven soldaat hadde gedaan en dat die hem als voorschreven mishandeld hadde dat sijn Roemers vrouw seggende dat de reguten off imand de haren haem ook in den Borger scuden hebben geslagen off (avolijk?) getracteerd, hij Roemers tegen haar hebben gesegd hoe kunt gij die lieden offt over haar klagen, want die hebben geen van allen daar schuld toe, als het welke de comparante verklaard tijde met Ede bevestigen gevende reden voor wetenschap als in den (?toet?)en dat sij comparante gend. voorschr. uijt den mond van voornoemd selve heeft gehoord sonde actie die dese is. Weduwe van Daniel Roemers van hem Daniel Roemers, En dus gedaan en gepasseert binnen Utrecht op den 17 juli 1711 ter presentie van Anthonij Nicolaas Keppel en Daniel Alex onder Keppel, getuijgen hier toe versogt. |
7. | Johannes PINCKENEE, gedoopt (ned.ger.) op 28-11-1690 te Utrecht (Domkerk). |
8. | NN PINKENE, begraven op 26-09-1688 te Utrecht. Het kind van Temot Pinkene. |
1. | Peter Willemsz (Splinter) (zie 602). |
1. | Hubert HUBERTZ, gedoopt (ned.ger.) op 30-06-1659 te Utrecht (Jacobikerk). Adres in de Weert, overleden voor 1660 te Utrecht. |
2. | Hubert HUBERTZ, gedoopt (ned.ger.) op 19-07-1660 te Utrecht (Jacobikerk). Adres in de Weert. |
3. | Paulus HUBERTSZ, gedoopt (ned.ger.) op 25-12-1662 te Utrecht (Jacobikerk). Adres in de Weert. Overleden voor 1666 te Utrecht. |
4. | Paulus HUBERTSZ, gedoopt (ned.ger.) op 27-02-1666 te Utrecht (Antoniegasthuis), (moeder: Helena). |
5. | Neeltje HUBERTSZ, gedoopt (ned.ger.) op 24-01-1668 te Utrecht (Domkerk). |
6. | Claesjen HUIJBERTSEN (STAEL) (zie 603). |
1. | Elisabeth, gedoopt (rooms katholiek) op 29-10-1686 te Utrecht (Achter Clarenburg) (getuige(n): Willemijn Hermens), (moeder Everijn Stoffels). Huwt 24-09-1712 Achter Clarenburg Utrecht met Henricus Breukelenveld. Kinderen (oud rooms): Anna ~22-01-1713 Utrecht, Maria ~30-03-1714 Utrecht, Johanna ~18-10-1715 Utrecht. |
2. | Marcus KOLET (zie 604). |
3. | Johanna, gedoopt (rooms katholiek) op 04-12-1694 te Utrecht (Achter Clarenburg), check oude aantekening: 18-10-1694 AC Utrecht. |
4. | Maria, gedoopt (rooms katholiek) op 22-06-1698 te Utrecht (Achter Clarenburg), (moeder: Everina Serwina Colet) check oude aantekening 22-07-1698. |
1. | Petronella (la) VILLEERS, gedoopt (geref.) op 02-04-1686 te Utrecht (Cruijs- of Barbaragasthuis). Adres: Buijten de Weert. Overleden voor 1690 te Utrecht. |
2. | Adriaantje, geboren circa 1687 te Utrecht, begraven op 05-02-1742 te Utrecht, huwt Johannes Verhoeve. |
3. | Deliana van WILLEERS, gedoopt (geref.) op 02-11-1688 te Utrecht (Domkerk). Adres: Lauwenrecht. Huwt op 09-11-1712 (Domkerk) Utrecht met Frans Harde (rooms), zij wonende in 't Sakkedragerssteegje, hij buiten de Tolsteegpoort . Getuigen: Annichje Staetsman wonende in de Vliersteeg buitende Tolsteegpoort als hem kennende, Aletta Verweert (mater). |
4. | Peternelligjen FILEERS (Petronella), gedoopt (Geref.) op 31-08-1690 te Utrecht (Jacobikerk). Adres: op de Weerd. |
5. | Berendina (Villaa(r)s, du Valairs, Vileers, Fileers, Verweert) (zie 605). |
6. | Johanna van VILLAERS, gedoopt (Geref.) op 25-08-1695 te Utrecht (Buurkerk) (getuige(n): Johanna Claesz, grootmoeder), moeder hier Aletta Vermeert, begraven op 21-03-1697 te Utrecht (Buerkerkhof) op 1-jarige leeftijd. NN van Villaers. Gratis gezonken. |
7. | Johanna VILLERS, gedoopt (geref.) op 09-05-1697 te Utrecht (Buurkerk). Adres: Jorijtje. |
8. | Catrijntje CHILEES, gedoopt (ned.ger.) op 14-07-1700 te Utrecht (Buurkerk). |
1. | Jeurriaen, gedoopt (Geref.) op 17-06-1688 te Utrecht (Janskerk), vader hier Theodorus, moeder Aelbertje. |
2. | Harmannus (zie 606). |
3. | Elisabeth, gedoopt (Geref.) op 17-09-1693 te Utrecht (Jacobikerk). |
4. | Theodorus, gedoopt (Geref.) op 28-03-1697 te Utrecht (Jacobikerk). |
6. | Maria, gedoopt (ned.ger.) op 15-01-1688 te Utrecht (Jacobikerk), wonende aan de Varkenmarkt, huwt op 14-07-1711 Anthoniegasthuis Utrecht met Jelis van der Sloot, Koestraat. kinderen zijn: Willem (1711), Cornelis (1713), Grietje en Jelis (1716), Maria (1717), Jannetje (1719), Claes (1721), Hendricus (1727), Maria (1728). Tot 1719 Hamsteegje, 1728 't Wijstraat. |
7. | Johannes CORNELISZ, gedoopt (ned.ger.) op 09-10-1689 te Utrecht (Domkerk), (Hamsteegh), overleden voor 1697 te Utrecht. |
8. | Fijgje (Eida) Cornelisz van VOREN (Eijgje Vervooren) (zie 607). |
9. | Johannes CORNELISSE, gedoopt (ned.ger.) op 05-09-1697 te Utrecht (Jacobikerk), (in 't Hamsteegje). |
1. | Maria van BROECKHUIJZEN, gedoopt (ned.ger.) op 05-05-1685 te Zetten, overleden voor 1695 te Zetten. |
2. | Ursula van BROECKHUIJSEN, gedoopt op 02-01-1687 te Zetten, ws overleden. |
3. | Wander Hendriksen van BROEKHUIJSEN (zie 638). |
4. | Geurt van BROECKHUIJSEN, gedoopt op 10-04-1693 te Zetten, ws. overleden. |
5. | Maria van BROECKHUIJSEN, gedoopt op 06-08-1695 te Zetten, overleden voor 1697 te Zetten. |
6. | Bernt, gedoopt op 04-08-1696 te Zetten, overleden voor 1699. |
7. | Maria, gedoopt op 06-11-1697 te Zetten, ws. overleden. |
8. | Bernt, gedoopt op 04-12-1699 te Zetten, ws. overleden. |
Eerste blad Vorig blad | Blad 9 van 19 bladen | Volgend blad Laatste blad |